Achterstand blijft bij de Commissie voor de Gerechtskosten

Door Kristien Van Vaerenbergh op 26 november 2014, over deze onderwerpen: Achterstand, Facturen, Gerechtskosten, Magistratuur, Personeel, Tolken, Mondelinge Vraag
Achterstand bij Commissie voor de Gerechtskosten

De betalingsproblemen bij justitie zijn een steeds terugkerend probleem. Zoals eerder reeds werd aangehaald blijft betaling van facturen nogal vaak achterwege.

Soms worden facturen betwist en moet de commissie voor de gerechtskosten tussenkomen, wat dan kan leiden tot vertraging bij de uitbetaling.

Mijn vraag handelt dus eerder over de werking van de commissie van de gerechtskosten, deze werd ingesteld bij wet van 27 december 2006.
De commissie voor de gerechtskosten doet als administratief rechtscollege uitspraak over beroepen ingesteld tegen beslissingen van de taxerende magistraat en de minister van Justitie betreffende het bedrag van de gerechtskosten. De commissie doet onder meer uitspraak in geschillen over de vergoeding die in strafzaken wordt toegekend aan gerechtsdeskundigen.
De minister van Justitie benoemt de leden van de commissie voor een termijn van twee jaar.

  1. Kunt u bevestigen dat de commissie voor de gerechtskosten momenteel voltallig is samengesteld en effectief op geregelde tijdstippen samenkomt? Zo niet, hoe komt dit en welke oplossingen voorziet u? Tot welke datum zijn de huidige benoemingen voorzien?
  2. De vorige minister stelde op 28/01/2014 dat men de selectieprocedure had opgestart om bijkomende secretarissen aan te stellen. Wat is het resultaat daarvan? Hoeveel extra secretarissen werden aangesteld?
  3. Hoe groot is momenteel het aantal dossiers dat wacht op behandeling door de commissie voor de gerechtskosten (achterstand)? Welke oorzaken ziet u daarvoor? Op welke wijze kan de achterstand worden weggewerkt?
  4. Bestaan er gegevens over het aantal behandelde dossiers per jaar? Wat zijn de doorlooptijden? Wat zijn de voornaamste redenen voor betwisting?

Er is tevens nog een ander probleem: wanneer men zich bij niet-betaling tot de rechtbank wendt, stelt men vast, dat de advocaat die het ministerie van justitie vertegenwoordigt, zoals blijkt uit conclusies waarop ik de hand kon leggen, van mening is dat de rechtbank niet bevoegd zou zijn, zich baserend op het bestaan van de commissie voor de gerechtskosten. Op deze wijze ontstaat de situatie waarin de partij wiens factuur onbetaald bleef -maar niet betwist werd- zich tot geen enkele instantie kan wenden om betaling juridisch af te dwingen.

  1. Hoe wenst de minister aan dit probleem tegemoet te komen? Welke middelen zijn uws inziens ter beschikking van de dienstverlenende partij om de betaling via juridische weg af te dwingen?

Antwoord (op basis van het integraal verslag van de Kamer):

De commissie functioneert in de feiten nog niet zoals verwacht. De Nederlandstalige afdeling van de commissie is voltallig samengesteld en is gestart met het behandelen van de dossiers die aan haar werden voorgelegd.

Zoals u opmerkt, is het ministerieel besluit tot benoeming van de leden van de Franstalige afdeling van de commissie gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 26 november 2014. Mijn voorgangers hebben de aangekondigde wervingsprocedure voor bijkomende secretaressen niet kunnen opstarten wegens een wervingsstop die nog steeds van kracht is.

De behoefte aan bijkomende secretaressen zal opnieuw moeten worden geformuleerd en bevestigd in het personeelsplan dat opgemaakt moet worden voor 2015. Ook al werd de behandeling van de dossiers opgestart, toch zijn er sinds 2013 nog geen nieuwe eindbeslissingen genomen.

Volgens de cijfers die mij worden voorgelegd, zou de achterstand nog altijd dezelfde zijn als deze die u door mijn voorgangster op 19 februari 2014 werd gemeld. Toen was sprake van 205 Nederlandstalige en 78 Franstalige dossiers. Gelet op het feit dat sinds 2 jaar nog geen eindbeslissingen zijn genomen, is het moeilijk te  antwoorden op de vraag over de gemiddelde doorlooptijd. Er zijn mij evenmin meer gegevens ter beschikking gesteld over de aard van de aanhangige geschillen.

Wat meer algemeen de beroepsmogelijkheden betreft, bestaat tegen beslissingen over het al dan niet in rekening brengen en begroten van gerechtskosten, in navolging van een prejudiciële uitspraak van het Grondwettelijk Hof en luidens rechtspraak van de Raad van State, inderdaad geen beroepsmogelijkheid bij de gewone rechtsmachten.

Betrokkenen van wie de factuur onbetaald bleef, maar niet betwist werd, worden in eerste instantie uitgenodigd contact op te nemen met de centrale dienst Gerechtskosten van de FOD, die op haar beurt de vorderende magistraten verzoekt een degelijke motivering te geven voor de niet-begroting van de kostenstaat. Tegen de beslissing staat dan beroep open bij de commissie voor de Gerechtskosten.

Intussen is zoals reeds gezegd de Nederlandstalige afdeling van de commissie operationeel en zal de Franstalige afdeling dat binnenkort eveneens zijn, na de publicatie vandaag in het Belgisch Staatsblad.

Commissie Justitie: 26 november 2014, vraag aan Koen Geens, minister van justitie

 

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is